Mijn schoondochter belde op. Of ik op onze kleinzoon kon passen, want zij had een cursus, die uitgerekend op haar mamadag viel. Geen probleem. Onze zoon bracht hem de avond daarvoor bij ons en bleef zelf ook slapen. Om haf negen was hij al lang en breed vertrokken naar zijn werk en ging bij het eerste alarm dat ik via de babyfoon vanuit het spijlenbedje in de logeerkamer opving mijn omatijd in. Ik had zijn vruchtenhapje al klaarstaan: zelf gemaakt en ook geproefd. Prima van smaak! Toch wierp de kleinzoon een ietwat wantrouwende blik op de vloeibare ‘smurrie’ en keek mij daarna aan alsof ik van Lotje getikt was dat ik dit bij hem naar binnen zou proberen te lepelen. ‘Een klein hapje,’ jengelde ik als een klein kind. ‘Banaan met mandarijn, ik beloof je dat er geen harde stukjes in zitten.’ Gelukkig haalde hij bakzeil en at het bakje voor driekwart leeg. Daarna duwde hij met een beslist gebaar de lepel weg. ‘Enough is enough,’ riep hij in zijn baby-Engels. ‘Wat voor programma heb je vandaag verder voor mij in petto, oma?’

Nadat we samen eerst de ozonlaag hebben doorgesproken, hij op zijn buik liggend in de box, zijn blik strak gericht op de blaadjes aan de bomen, en af en toe verrukt in zijn handen klappend omdat alles nog aan de takken vastzat en het dus blijkbaar het nog wel mee viel met de zure regen, ging hij me de wet van de zwaartekracht uitleggen. Eerst duwde hij de plastic rammelaarvis door de spijlen, om te kijken hoe het ding met een kletterend lawaai op de tegelvloer donderde. Een machtig interessant geluid dat bij hem een verheugde lach tevoorschijn toverde. Nu ben ik toevallig zo’n oma die altijd een blik geduld bij de hand heeft, dus hij mocht van mij de kleine onderzoeker blijven uithangen tot hij er genoeg van kreeg. Dat duurde best lang. Toen was zijn volgende houten speeltje aan de beurt, een houten rammelaar met een belletje erin. Alleen lukte het hem niet om het ding tussen de spijlen door te duwen. Te grote omvang. Geen probleem, hij bleek al over een klein beetje werktuigbouwinstinct te beschikken en niet meteen bij de pakken neer te gaan zitten. Binnen een paar seconden had hij het volgende erop bedacht: hup, eerst op je buik rollen, je bovenlichaam hoog oprichten en je ene hand vastgrijpen aan de rand van de box en hopla, daarna met je andere hand het speeltje UIT de box gooien! Dit bleek het ultieme succesnummer te zijn! Mijn tweede blik geduld werd ook maar meteen opengemaakt. Het was aandoenlijk zoals hij zich helemaal slap kon lachen!

Tijd voor de lunch. De boterham met pindakaas werd ook enigszins wantrouwend bestudeerd. Maar de fles die erop volgde, begroette hij uitbundig met veel armen- en benengezwaai, bijna als een verloren gewaande vriend. Toen was het de hoogste tijd geworden om aan oma’s feestprogramma te kunnen ontsnappen, zijn neus begon opeens verdacht te kriebelen! Hij lag tweeëneenhalf uur bewusteloos. Met zijn konijn dicht tegen zich aangedrukt.

Lees ook: mijn zusje, het kerst(b)engeltje