Hè hè, morgen zijn de bestralingen alweer twee weken voorbij. Een heerlijk gevoel. Als ik nu op deze periode terugkijk, is het eigenlijk best snel voorbijgegaan. In de laatste week werd mijn echtgenoot jarig en hij liep al tijden rond met het idee om eens met mij mee de bestralingskamer in te gaan. Om het apparaat waar ik mezelf dagelijks aan moest blootstellen, in letterlijk en figuurlijk opzicht, ook eens met eigen ogen te mogen aanschouwen. Van mij hoefde dat niet per se, want op het moment van de bestraling lig je daar toch in je dooie eentje met gesloten ogen af te wachten tot alles klaar is. Luisterend naar de geluiden om je heen: de ‘UFO’ die je boven je hoofd naar de andere kant hoort zweven, het gorgelen van het afvoerputje als het koelingswater weer wegstroomt, ‘nu mogen uw armen weer naar beneden,’ altijd dezelfde zin als de door mij getelde seconden voorbij zijn en een van de radiotherapie verpleegkundigen binnenkomt om me uit mijn verstarde houding te verlossen.  

We maken het gewoon feestelijk

Ik wilde het bezoekje voor hem toch een beetje veraangenamen, nee, er eigenlijk meer een leuke grap van maken, dus ik stelde hem voor dat hij dit op zijn verjaardag van mij als cadeautje kreeg: mee naar de bestraling, wat een superuitje, hè?! De dag ervoor vroeg ik aan een van de radiotherapie verpleegkundigen of zij mij wilden helpen? Twee ballonnen opblazen voor morgen, als versiering voor aan het bestralingsapparaat? Ik zag het al helemaal voor me: ik me als een ware kankerkoningin laten neervlijen op dat smalle bed, met de steunen onder mijn knieën en nek, mijn handen omhoog langs mijn hoofd en mijn echtgenoot vol bewondering voor mijn rechter dappere dodo die me daar toch even extra in het zonnetje gezet zou worden! Ik stond er geen moment bij stil dat dit misschien wel een beetje weirdo voorstel zou zijn, dus ik voelde me aanvankelijk best teleurgesteld dat mijn verzoek onbespreekbaar was. Achteraf begrijp ik het wel, die bestralingsmachines zijn mega duur en gevoelig, daar moet je geen grap mee uithalen. Gelukkig lagen de twee ballonnen de volgende dag opgeblazen en al in het kleedkamertje geduldig op ons te wachten en schoot mijn echtgenoot spontaan in de lach toen hij ze zag liggen. En daar was het mij ten slotte om te doen geweest.

Lees ook: borsten tellen

Een nieuw printje

‘U zult de eerstkomende tijd merken dat uw huid gaat veranderen. Daar hoeft u zich niet druk over te maken, dat trekt vanzelf  wel bij. Hoewel de kleur en de structuur waarschijnlijk wel anders zullen blijven dan voorheen.’ Met deze woorden namen we afscheid van elkaar. Hoera, de bestralingen waren voorbij! Nauwlettend hield ik de afgelopen dagen mijn huid in de gaten, dat was uiteraard hun opdracht. Bij twijfel contact opnemen! Ja ja ja. De huid van mijn rechter borst begon er langzamerhand uit te zien alsof er een gloeiende strijkbout overheen gestreken was, in een soort rood-witte tijgerprint, en mijn tepel en tepelhof waren inmiddels qua kleur negroïde aan het worden. Als ik op mijn rug lag, was het littekenweefsel als een halve toren van Pisa aan de buitenkant zichtbaar. Gelukkig keken beide borsten nog steeds niet scheel naar elkaar. Een meevaller. 

Al met al…

En ik heb nog altijd geen PIJN! Af en toe voel ik wat steken, alsof je nog borstvoeding geeft en tegen de volgende voeding aanhangt. Maar daar is best mee te leven, hoewel ik het nog steeds verbazingwekkend vind dat er juist in mijn beste, mooiste, volste, meest pronte melkfabriek slechte inwoning gesignaleerd is! Nou ja, ze zijn nu hopelijk voorgoed het land uitgezet. Daar ga ik nog steeds vanuit. En als de kleur niet meer door blijft veranderen, mag ik straks ook weer in de zon zitten. Feestje!

Lees ook: De eerste grote controle en hoe is het nu met mij