Oppassen

Zodra de telefoon gaat en ik heb een zoon of dochter aan de lijn die het gesprek begint met ‘Mam, we zitten vandaag omhoog, kun je …’, dan is het antwoord bij voorbaat al duidelijk:  NATUURLIJK KAN IK DAT. Breng hem/haar maar bij ons. 

Zo vingen we afgelopen donderdag een van onze kleinzonen op, met behoorlijke koorts en een zeehondenblaf waar je plaatsvervangend benauwd van wordt. ‘Tot acht uur mam, het kan echt niet anders. Als hij om half zes weer hoge koorts krijgt, dan…’ Allemaal richtlijnen. Ja, ja ja, het komt goed.

Bezig

Aanvankelijk hing de zieke ongeveer halfdood op de bank van verontwaardiging, toen ik weigerde om nu al de I-pad in te schakelen als entertaining. Gelukkig mocht ik van hem voorlezen. Hoewel hij er na drie boeken genoeg van had. 

Daarna overlegden we hoe we de rest van de dag samen zouden invullen. Ik moest overal wel aan meedoen, bedong hij, anders vond hij het niet gezellig. En hij was ziek, oma, dus hij was de baas.

Het spel

Toevallig had ik laatst gemerkt dat een paar kleinkinderen -net als ik- plotseling groot fan zijn van het spelletje Solitaire. Ik was dat spelletje een keer op een website met puzzles en spelletjes tegengekomen, toen ik daar aan het rondsurfen was. In een opwelling had ik het toen aangeschaft. De reden? Omdat ik diep in mijn geheugen gravend me dit spelletje plotseling van vroeger herinnerde: hoe ik het niet kon uitstaan dat het me vaak niet lukte om mezelf te verbeteren. Zoals ik er als kind ook altijd de pest in had als ik van spelkaarten een kaartenhuis bouwde, me voornemend om er eentje van drie verdiepingen hoog te knutselen en alles bij de LAATSTE kaart in elkaar stortte.

Ik haalde het houten bord met de 33 zwarte knikkers tevoorschijn en mijn kleinzoon zei verbaasd:  ‘Oma, het is niet meer compleet. Je mist een aantal knikkers.’  Hij had gelijk. Zucht. De laatste lichting kleinkids hadden de speelkamer opgeruimd en tja, waar o waar moest ik nu gaan zoeken? Speld in een hooiberg… Geen tijd voor.

Nieuwe regels 

‘Geen probleem,’ zei ik haastig.’ We passen de spelregels gewoon aan en doen net of de knikkers nooit bestaan hebben.’ Daar ging hij mee akkoord. Hij mocht begonnen, want als zieke ‘zeehond’ heb je daar recht op, dat vonden we allebei. Om de beurt sprongen we over een zwarte knikker heen, die hij daarna vol welbehagen in de uitgesneden rand van het bord liet rond rollen.

‘We hebben het niet goed gedaan, zie je wel?’ zei ik na het eerste potje. ‘Er zijn er nog teveel over. We moeten het anders aanpakken, want we moeten van onszelf kunnen winnen. Wij gaan samen een kanjerteam vormen, jijen ik, om zielig overgebleven knikkers te redden van de verliezingsdood.’ Dat snapte hij heel goed, dankzij al die spelletjes op de I-pad. Je gaat dood of je wordt gered. Arme zwarte knikkers, wij komen eraan, hoor, oma en ik…

En waarlijk, bij het volgende potje bleven er al minder knikkers over. ‘Ik word hier heel goed in,’ knorde hij tevreden, met rode koortswangen, maar wel minder hoestend. Uiteindelijk slaagden we samen een paar keer tot TWEE overgebleven knikkers, zelfs zonder valsspelen, want dat had ik ook maar eens voorgesteld, voor het gezamenlijke zelfvertrouwen, iets waar hij het beslist niet mee eens was: ‘OOOOOOOMAAAAAA!’

Omdat ik tegelijkertijd ook moest koken, verdween hij af en toe even in de speelkamer om verder te bouwen aan zijn smurfendorp, maar kwam toch telkens weer op me af om nog eens, oma, weet je wel, dat ene spelletje, waar een paar knikkers van verdwenen zijn, met jou…? Het woord I-pad werd niet meer door hem genoemd. Het enige wat hem achteraf nog wat zorgen baarde, was of wij het wel eerlijk hadden gespeeld omdat er een paar knikkers ontbraken, wat vast het eindresultaat had kunnen beïnvloeden, ja toch oma? Ik moest hem beloven dat ik later als hij weg was actie ging ondernemen om nieuwe knikkers te regelen.

Actie 

Eerst probeerde ik mijn eigen probleem op te lossen door ergens een zakje knikkers op de kop te tikken, maar dat bleek een mission imposible, want die dingen moeten wel het juiste formaat hebben om gezellig heen en weer kunnen rollen in de rand om het bord. Dat hoort ook bij de lol van het spel. Toen toch maar een mailtje gestuurd naar de internetsite waar ik Solitaire destijds gekocht had. 

En zowaar, wat een service: het bedrijf dat SOLITAIRE levert, is nu zelfs bereid om het aantal van 33 knikkers weer compleet te maken, zodat mijn kleinzoon zich niet meer druk hoeft te maken over ons eerlijk bereikte eindresultaat… 

Een heel attent gebaar. Dank namens ‘het kanjerteam’! 

Voor alle bordspellen van solitaire klik je hier.