De Labubu rage onder kinderen

Als je kinderen hebt tussen de vijf en twaalf, dan is de kans groot dat je al eens een Labubu pop hebt zien rondslingeren. Zo’n harig monstertje met grote oren, scherpe tandjes en een grijns waar je niet helemaal gerust van wordt. Mijn meiden zijn er nog niet helemaal bekend mee, dus mij is al veel centjes bespaard gebleven. Maar ik verwacht dat die rage ook hier terecht zal komen. En eerlijk? Ik snap het ergens wel. Het is weer eens wat anders dan eenhoorns en regenboogslijm.

Labubu poppen zijn niet zomaar speeltjes, het zijn verzamelobjecten van het merk Pop Mart. Je koopt ze in een zogenoemde blind box en je weet dus niet welke je krijgt. Dát maakt het spannend. En verslavend. Elke pop komt uit een serie, zoals de Forest-serie of Circus-serie. Sommige zijn zeldzaam en worden later voor veel geld doorverkocht. Ik heb ouders gezien die een dag vrij namen om in de rij te staan bij Pop Mart in Amsterdam. Jep, zo serieus wordt het genomen.

De man achter het monstertje

De bedenker van Labubu is Kasing Lung. Een illustrator uit Hongkong die zijn jeugd deels in Nederland doorbracht. Hij begon ooit met het tekenen van kinderboeken en gaf zijn fantasie de vrije loop met wezentjes die iets weg hebben van een kruising tussen een elf, een konijn en een horrorfilmfiguurtje. Labubu komt uit zijn serie The Monsters en is inmiddels een echte cultfiguur. In Azië was het al jaren een hit, maar sinds TikTok het ontdekt heeft en zelfs K-popsterren ermee poseren, is het ook hier losgebarsten.

De opkomst van Lafufu

Zoals dat gaat met populaire dingen, zijn er inmiddels ook namaakversies opgedoken. Die gaan onder de bijnaam Lafufu rond. En als je niet goed oplet, trap je er zo in. Ze worden verkocht op Marktplaats, TikTok shops en via dubieuze buitenlandse webshops. Soms voor minder geld, soms zelfs voor hetzelfde bedrag als de echte. Maar als je kind doorheeft dat het een neppe is, dan is het feest snel voorbij.

Zo herken je een echte Labubu

Gelukkig zijn er een paar dingen waar je op kunt letten als je twijfelt of je met een echte Labubu te maken hebt of met een neppie. Ten eerste de doos. Een echte Pop Mart verpakking is mat, voelt stevig aan en heeft vaak een QR-code aan de binnenkant. Die code kun je scannen om te checken of ‘ie echt is. Zie je een glimmend doosje met felle kleuren en een vreemd logo? Grote kans dat je met een Lafufu te maken hebt.

Dan de tandjes. Een originele Labubu heeft er negen, altijd. Meer of minder? Dan klopt het niet. Ook de kleur van het gezichtje zegt veel. De echte hebben een zachte perzikachtige teint, namaakfiguurtjes zijn vaak fel oranje of roze. En heb je een recent model? Dan kun je met een UV-lampje een mini Labubu-stempel op het voetje vinden. Dat is de ultieme echtheidscheck. Die UV-stempel wordt nog maar sinds kort gebruikt (rond 2024 en later), dus niet alle echte poppen hebben dat. Bij een originele Labubu zijn de voetjes ook nog eens mooi afgewerkt, stevig en in verhouding. Sommige namaakversies hebben net iets andere verhoudingen. Voetjes die platter zijn, met een afwijkende houding of een scheef randje aan de onderkant.

Dus ja, de Labubu hype is real. En of je nou meedoet of probeert te ontkomen aan het verzamelvirus: als je besluit er eentje te kopen, weet dan waar je op moet letten. Want zeg nou zelf: niemand zit te wachten op een hysterisch kind met een neppe Lafufu in de hand.

Ja, er is zeker verschil in materiaal en stevigheid tussen een échte Labubu en een namaak (Lafufu). Dat voel je vaak al zodra je zo’n popje in handen hebt. Hier zijn de belangrijkste verschillen die je als ouder (en zeker je kind) vrij snel opmerkt:

Labubu versus Lafufu

Het materiaal voelt anders aan

Een echte Labubu van Pop Mart is gemaakt van stevig, hoogwaardig vinyl. Dat voelt een beetje glad maar niet glibberig, met een subtiele matte afwerking. Het poppetje heeft wat gewicht, voelt solide aan en buigt niet zomaar als je het vastpakt.

Een namaak Lafufu voelt vaak heel anders:

  • Het materiaal is meestal lichter, soms bijna hol van binnen.
  • Het kan glanzend of juist dof aanvoelen, maar op een onnatuurlijke manier.
  • Bij sommige namaakpopjes kun je zelfs het plastic een beetje indrukken – alsof het van zacht speelgoedplastic is gemaakt in plaats van verzamelwaardig vinyl.

Een echte Labubu is stevig. Je kunt ermee spelen zonder dat er zomaar een oor afbreekt of de verf loslaat. Het is gemaakt om lang mee te gaan, ook al is het officieel een ‘designer toy’ en dus bedoeld als verzamelobject. Een Lafufu daarentegen… laten we zeggen, die overleeft geen drukke schooltas. Er zijn namaakpopjes waarvan de oren loskomen, de verf afbladdert of zelfs onderdelen scheef gelijmd zijn.

Echte Labubu popjes ruiken heel licht naar kunststof, maar niet chemisch. Namaakpopjes daarentegen kunnen een duidelijke chemische geur hebben, een beetje zoals goedkoop rubber of plastic dat net uit de fabriek komt. Als je de doos opent en je denkt “hmm, dit ruikt niet gezond”… dan is het waarschijnlijk ook niet de bedoeling dat je ermee knuffelt.

Waar koop je veilig een echte?

Wil je zeker weten dat je een echte Labubu in huis haalt? Koop dan alleen via erkende verkooppunten. In Nederland kun je terecht bij de officiële Pop Mart winkel in Amsterdam, of bij geselecteerde online shops die als officieel verkooppunt vermeld staan op de site van Pop Mart. Vermijd twijfelachtige aanbieders op TikTok, Temu of Marktplaats. Zeker als het om ‘zeldzame’ poppen gaat die ineens spotgoedkoop worden aangeboden. Dat ruikt gewoon niet fris.

Waarom kinderen echt het verschil merken

Kinderen van nu hebben een verrassend scherp oog voor detail. Ze weten precies hoe een echte Labubu hoort te voelen, te ruiken (ja echt) en eruit te zien. De meesten herkennen een neppert alleen al aan de kleur van de oren. En eerlijk is eerlijk: als je de echte en de namaak naast elkaar zet, zie je het verschil meteen. De één heeft karakter, de ander is gewoon… laf.

Dus ja, de hype is echt en de kans dat jij binnenkort ook aan een Labubu ‘mag’ geloven is groot. En als je dan toch overstag gaat, zorg dan dat je wél een echte scoort. Dat bespaart je huilbuien, teleurstellingen én een preek over hoe jij als moeder “echt geen TikTok begrijpt”. Graag gedaan.