Dit jaar is het jaar dat ik echt officieel richting de 50 gaat en ik vind het wel een dingetje. Ja, ik weet het. Ik word pas 45 aan het eind van het jaar, maar toch doet het wel wat met mij. Ik ben niet meer de jonge onoverwinnelijke bloem. De aftakeling is reeds ingezet en met een beetje pech (en alle waarschijnlijk) ben ik al over de helft van mijn leven inmiddels. Mijn angst voor de dood, en dan bedoel ik er niet meer zijn, lijkt intenser aanwezig dan voorheen. Het helpt natuurlijk ook niet dat ik vorig jaar mijn jongere collega begraven heb. De hypochonder in mij lijkt overuren te draaien. En ja, een ziekenhuisopname waarbij ze dachten aan een hersenbloeding helpt daar wel een handje bij om het te versterken. Dan hebben we het nog niets eens gehad over die stomme peri-menopauze waar ik mij doorheen aan het ploeteren ben. Lang leve de hormoonpleister, die het enigszins draaglijk maakt.

Toch even laten checken

Laatst werd ik wel weer even met de aftakeling geconfronteerd. Ik ontdekte een vreemd plekje op mijn kuit naast mijn moedervlek. Omdat ik die laatste altijd goed in de gaten houd, wist ik echt 100% zeker dat het vreemde plekje nieuw was. De hypochonder begon al een beetje wakker te worden. Ik ben dus naar manlief gegaan, want hij weet vaak wel wat mijn “aandoeningen” zijn. Deze kon hij echter niet herkennen dan wel verklaren. Ik moest het maar even door de huisarts laten checken. Je begrijpt natuurlijk wel dat het woord melanoom al door mijn hoofd aan het spoken was. Maar, zo dacht ik ook, dan was ik er wel vroeg bij. En dus zat ik nog geen week later bij mijn vriendelijke huisarts.

Lekker confronterend weer

Ik begin al bijna huisartsschaamte te krijgen, want het laatste jaar ben ik best vaak geweest voor mijn doen. Vooral met de kids. Gelukkig is onze dokter een hele vriendelijke begripvolle dame en snapt ze mijn zorgen vaak. Zo vond ik het ook niet rampzalig om mijn plekje even te observeren. Met een speciale vergrootglas dook ze op mijn been. Binnen twee seconden was ze klaar en kwamen de nieuw gevreesde woorden: niets aan de hand, dat is dus een ouderdomsvlekje.

Pardon? Een ouderdomsvlekje? Ik heb toch niet de leeftijd dat ik die ellende al ga krijgen? Dat is toch iets voor na je 60e? Nou, ouderdomsvlekken – ook wel ‘levervlekken’ genoemd (bah, alsof het nog niet erg genoeg was) – ontstaan dus door een combinatie van zonlicht en tijd. En dan vooral die twee samen. Ultraviolet licht jaagt als een dolle op je huidcellen en laat je pigment flink zijn gang gaan. Zo’n vlekje is meestal bruin, ovaal, en doet denken aan een sproet die besloten heeft met pensioen te gaan en niet meer van plan is te verhuizen. Je vindt ze vaak op plekken die het meest zon hebben gezien in je leven: je gezicht, je handen, je decolleté (jawel), en je armen en bij mij dus op mijn kuit. Eigenlijk precies daar waar je vroeger dacht dat je zongebruind en fabulous was.

Het is wat het is

Het woord ouderdomsvlek klinkt een beetje alsof je binnenkort met een wandelstok door het leven moet. Maar stiekem is het gewoon een teken dat je er al even bent. Gefeliciteerd, je hebt al een tijdje meegedraaid! Je kunt ze laten zitten, camoufleren, bleken, laten laseren, of gewoon benoemen als moedervlekken met karakter. Ik ga de mijne Paul noemen. Een mooie herinnering aan hoe ellende beginnen kan. En met een beetje “geluk” wordt het vlekje een wratje en kan ik het weg laten snijden uit mijn leven. Bye bye Paul. Tot die tijd moet ik maar gewoon leren accepteren, dat ik niet meer 20 ben en mijn lichaam wat rijper gaat worden. Het is zoals het is. Kan er weinig aan veranderen.