Soms kan ik me over mezelf verbazen, als ik op een manier reageer die ik niet verwacht zou hebben: emotioneler, terwijl ik in mijn belevenis altijd een wereldkampioen in emotiebeheersing ben geweest. Het zal wel de naderende ouderdom zijn van bijna zeventig jaar. 

Ziek

De eerste keer dat ik Noor langdurig in mijn armen hield, was toen haar ouders met de oudste twee een avondje weggingen en mijn echtgenoot en ik op haar pasten. Noor was ziek. Hoesten, koorts, zo’n zielig hoopje ZIEK. Ik kreeg haar rustig door haar urenlang in mijn armen te houden, wiegend, met vooral lage tonen neuriënd,  met als gevolg dat ik samen met haar voor de tv in slaap viel. 

Toen ten slotte de uitslag kwam dat Noor een Kleefstra-kleinkindje was, gaf mij dat – hoe vreemd het ook moge klinken-  op de een of andere manier een gevoel van opluchting. Oh, DAT is het dus, dacht ik. Nu ga ik extra van jou genieten, daar heb je recht op. Jij krijgt je eigen plekje in mijn hart. Nog steeds geen tranen bij mij, alleen intens medeleven met haar ouders. 

Emoties

Tot ik een filmpje doorgestuurd kreeg van mijn dochter: Noor voor het eerst in haar eigen rolstoel. Ik zag hoe haar gezichtje straalde dat ze zich nu zelf kon voortbewegen en toen schoot ik vol. Zomaar, plotseling. Het raakte me. Niet alleen omdat ik nu voor de eerste keer bewust ‘ervaarde’ dat Noor inderdaad een kindje met een beperking was, maar ook omdat ik me realiseerde dat haar ouders een levenslange zorg voor haar zouden houden. Terwijl Noor zo intens blij en gelukkig was dat zij dit kon: haar bewegingsruimte was opeens vergroot met allemaal vierkante meters rolstoel rijden! 

Sanne was daarna druk bezig om de wielen van de rolstoel te versieren met allemaal stickers en kralen, een aandoenlijk gezicht. 

Weer thuis

Toen Noor na haar ziekenhuisopname (brandwonden door hete thee) haar handjes op de armen van haar ouders legde en stralend om zich heen keek, helemaal happy dat ze er weer bij was, met haar zusjes en mama en papa en oma en opa om zich heen en een bord eten voor haar neus, ja, toen kreeg ik toch weer last van natte ogen. 

En sinds ze naar school is, merk ik dat Noor veel alerter en vrolijker reageert als ik met haar facetime. Haar stralende lach als ze me herkent is oprecht aanbiddelijk. Ik verheug me nu al op het moment dat ze voor het eerst OMA tegen me zal zeggen. Ik denk dat me dat een tsumani aan tranen gaat kosten.