Vanochtend was het zo ver. De ochtend dat we met de baby naar het ziekenhuis gingen voor enkele oogtesten. Ik kan je eerlijk zeggen, dat ik niet heel fijn geslapen had en het nogal spannend vond. Wat zou de arts gaan zeggen? En zou het meevallen of ernstig zijn? We hoefden gelukkig niet al te lang te wachten tot we de eerste arts zagen. Volgens mij was deze dame een optometrist. Dat is blijkbaar het eerste aanspreekpunt bij nadere onderzoeken van het oog. Zij scheen met een lampje in de oogjes van Noor om te zien welke reactie van de pupillen kwam. Vervolgens probeerde ze Noor de lampjes te laten volgen met haar ogen, maar ons meisje was al snel klaar ermee en deed dus niets. Zelfs toen de rode speeltjes tevoorschijn kwamen, werd de interesse niet opgewekt. Ze had er gewoon geen zin. De optometrist had ondertussen wel al genoeg gezien, zei ze. De oogarts zelf kwam ook nog een blik werpen in de oogjes van Noor, waarna de optometrist nog wat metingen verrichte. Twee uur later waren we klaar.

Noor was geloof ik wel blij met de druppeltjes in haar ogen

De diagnose
De oogjes zijn technisch helemaal in orde. De spiertjes en zenuwen zijn goed aangelegd en ook het netvlies zag er prima uit. Ze loenst alleen teveel. En dat in beide oogjes. Dat schijnt dus ook weer gunstig te zijn, want het kan betekenen dat de oogspieren gewoon nog niet optimaal functioneren. Goh, een kind van mij met minder spierkracht…shocking…..not. We kunnen helpen de oogjes te trainen door ze alternerend af te plakken. Als één oog duidelijker sterker is, moeten we het andere oog wat meer stimuleren. Zo hopen ze dat de stand van de ogen wat stabieler zal worden en het loensen minder. In juni moeten we terug naar de arts om de vorderingen te bekijken. Als het afplakken geen effect heeft gehad, kan het zijn dat ze een brilletje moet of geopereerd wordt. Op onze vraag of dit in verband stand met haar focussen op mijn haargrens, kon de arts geen antwoord geven. Zekerheidshalve worden we daarvoor weer doorverwezen naar de kinderarts. So the story continues…

Terwijl we naar buiten liepen werd het verschil tussen mannen en vrouwen weer duidelijk. Waar ik in tranen uitbarstte, zei manlief tegelijkertijd  “viel mee toch?” Hij heeft me er echt even van moeten overtuigen, dat het inderdaad niet het meest rampzalige nieuws was. Noor kan zien en alles zag er technisch goed uit. Ze zal alleen misschien een beetje hulp nodig hebben. We zijn er in ieder geval zeer op tijd bij. Zo op tijd, dat de apotheek van het ziekenhuis de afplakpleister in het babyformaat bestellen moest, omdat dit zelden gevraagd werd.

Vanmiddag belde de arts van het consultatiebureau me nog om te vragen of ze iets voor me kon doen qua doorverwijzingen. Toen ik haar vertelde over het ziekenhuisbezoek reageerde ze heel medelevend en zei ze dat elk kind zich op haar eigen tempo ontwikkelt en dat zij zich over Noor verder geen zorgen maakte. Het heeft allemaal weer met de spieren in het lichaam te maken en dat wilde ze gewoon even laten checken. Na een lange ochtend vol tranen (ja, meerdere keren gehuild) was dat net de boodschap dat ik even kon gebruiken. Natuurlijk hebben mijn familie en vrienden ook soortgelijke dingen gezegd, maar deze dame is niet mijn vriendin dus van haar is het makkelijker aan te nemen.

Kortom, een emotioneel intensief dagje was het wel. Volgens de oogarts zullen we de komende tien jaar nog vaker bij haar op bezoek komen (liever niet), maar als dat het enige is teken ik er voor!