Laatst stonden we uitgebreid te dansen op de oude muziek van Kinderen voor Kinderen toen het nummer “Tandarts van der Tang” voorbij kwam. Als kind heb ik dat liedje nooit begrepen. Waarom zou je bang zijn voor de tandarts? Het is toch gewoon een vriendelijke meneer of mevrouw die even in je mond kijkt en daarna misschien even wat wil schoonmaken of zo. Sterker nog, mijn oude tandarts deed het volledige werk in onze mond. Dus checken op gaatjes, tandsteen weghalen, polijsten en met als afsluiter een fluoride gebitje. Vijf minuten lang stonden we daar met die vieze papieren gebitjes gevuld met mentholfluoride in onze mond. En het ergste moest dan nog komen! Na zo’n behandeling mocht je namelijk een uur lang niet eten of drinken. En dat uur werd langer gemaakt door de broer en zussen. Wij gingen namelijk met het hele gezin tegelijk naar de tandarts, dus tegen de tijd dat de laatste aan de beurt was geweest, mocht de eerste alweer eten en drinken. Als je de eerste was geweest, was het te verleidelijk om voor de neus van de anderen drankjes te nuttigen of lekkernijen te eten. Je kan je voorstellen dat we stuk voor stuk als eerste die stoel in wilden. Angst voor de tandarts heb ik nooit echt gehad dus. Wel de angst voor gaatjes. Tot nu toe heb ik deze nog niet gehad, dus ik weet ook echt niet hoe eng zo’n behandeling is.

En toen kwam het moment dat Sanne voor het eerst naar de tandarts moet. Eerlijk gezegd heb ik daar zelf behoorlijk tegenop gezien. Ik zag het al helemaal voor me, dat ze weigerachtig zou zijn die stoel in te gaan of haar mond stijf zou dichthouden. Bijna kleuters zijn nou eenmaal heerlijk eigenwijs en verrassend. Ik hoopte dat door haar wekenlang op het moment voor te bereiden ze niet bang of opstandig zou zijn. Ik had ook bedacht dat ik eerst in de stoel zou zitten en dat Sanne dan zou toekijken waarna ze zelf in de stoel zou mogen. Kortom, ik had me er helemaal geestelijk op voorbereid.

Uiteraard verliep niets zoals ik verwachtte. Sanne was helemaal hyper van het idee tandarts. Ze kon niet wachten om naar binnen te gaan en gluurde door het raam naar de patiënten in de stoelen. Vanuit de behandelkamers hoorde ik gegrinnik, dus vervelend vond men het niet. Iedereen die de wachtkamer in kwam kreeg het van Sanne te horen: “ik ga naar de tandarts!”. Binnen bij de vriendelijke man verliep het net zo verrassend. Voordat ik iets kon zeggen was Sanne de stoel in geklommen en sperde ze haar mondje open. Zelfs de tandarts was wat verbaasd over dit enthousiasme. Een kwartiertje later stonden we weer buiten. Ik helemaal opgelucht over hoe het verlopen was en Sanne immens blij met haar nieuwe, van de tandarts gekregen, stuiterbal. Ik ben benieuwd of het in oktober weer zo’n feestje voor haar zal zijn.

Toch ben ik er van overtuigd dat het geheid geholpen heeft dat ik er wekenlang vol enthousiasme over gepraat had. Hoe denk jij daar over?