‘Zes weken mag u niets tillen,’ zei de chirurg streng bij de nacontrole van mijn galblaasoperatie. ‘Daar moet u zich serieus aan houden, want dat is voor het herstel van de vier wondjes in uw buik van essentieel belang.’ Blijkbaar had hij in de gaten dat ik me weer kiplekker voelde en in de startblokken stond om mijn normale leven te gaan hervatten. Zijn boodschap landde dan ook duidelijk en leverde direct een klein probleempje op: onze kleindochter van twee zou een paar dagen bij ons komen logeren, zodat haar ouders nog even samen vrijuit konden gaan pierewaaien, voordat hun tweede kind zich ging aankondigen. Voor mijn echtgenoot zou het advies van de chirurg dus extra tilwerk betekenen. Toen ik hem dit later thuis voorlegde, haalde hij zijn schouders op: ‘Maak je maar niet ongerust, dat moet ons wel lukken.’ En inderdaad, hij ontpopte zich tot de grote-glijbaan-opa, de ik-zwaai-je-in-bed-opa, de waar-ben-je-nou-ik-ga-je-pakken-opa, de -ha-ha-zal-ik je-doodkietelen-opa! Zij is een echt buitenkind en volgde hem als een echte tuinkabouter. Overal kwam ik hen in de tuin tegen, zij met haar kleine handje in zijn knuist, allebei ernstig gebogen over de plantjes die voor de zoveelste keer hoognodig begieterd moesten worden. Mijn voorlees- en spelletjesomaschap was daarmee grandioos naar de achtergrond geschoven. Ook heel prettig, omdat ik me na de operatie af en toe best nog moe kon voelen. Ruim een uur narcose, daar had ik toch wel last van, merkte ik. Zaterdag genoot ik dan ook van een extra ingelast hazenslaapje, ik moest echt even mijn energie bijtanken. Achteraf bezien kwam het me goed uit, want daarna begon de ellende.

Lees ook: uit logeren bij oma

Ik zat iets voor half zes in de keuken, onze kleindochter in haar stoel, zij volop aan het eten en kletsen tegen mij, terwijl ik me verheugde op onze maaltijd samen als zij in bed lag, toen mijn echtgenoot naar binnen stormde. ‘Ik ben gestoken door een wesp. In mijn ringvinger, net als de vorige keer. Vlug, vlug, mijn ring uit nu het nog kan.’ Onze kleindochter keek geïnteresseerd toe, hoe hij zijn vinger onder de kraan hield en de ring eraf sjorde. ‘Opa pijn?’ informeerde ze zakelijk, tussen twee happen door. Haar medeleven neemt pas toe als ze er ook nog eens bloed bij ziet en er was aan die ringvinger duidelijks niets bijzonders te merken. Opa stelde zich dus aan. Althans in haar ogen, want ik zag die vinger opeens proportioneel opzwellen. ‘Volgens mij reageer je allergisch.’ Hij reageerde op mijn woorden zoals alleen een man kan doen: ‘Wat een flauwekul, jij maakt je ook altijd direct ongerust. Er is niets aan de hand. We wachten wel af.’ Ondertussen ging ik voor de zekerheid toch maar even snel googlen op WESPENSTEEK. En alle symptomen die ik las, werkte hij in een razend tempo af. Jeuk over je hele lichaam, blazen op je huid, steeds moeilijker gaan praten. Het leek wel een bingo spelletje wespensteek! Terwijl de kleindochter net aan haar toetje begonnen was, dwong ik hem om de dokterspost te bellen en hun om advies te vragen. Hun antwoord was helder en duidelijk: ‘SPRING-NU-IN-DE-AUTO-EN-KOM-ZO-SNEL-MOGELIJK-HIERHEEN.’ Het lukte hem nog het autostoeltje in de auto te proppen, de kleindochter erin te tillen en we spurtten weg. Hij naast haar op de achterbank, want ik moest hem ook in de gaten houden, zeiden ze. Zodra mijn echtgenoot tekenen van flauwte begon te vertonen, zou ik ter plekke de auto aan de kant moeten zetten en meteen 112 bellen.

We kwamen zonder kleerscheuren aan. We liepen met de kleindochter tussen ons in naar de dokterspost en meldden ons bij de receptie. Hij werd onmiddellijk geholpen, SPOED SPOED SPOED straalde hij uit. Onze kleindochter gaf de dienstdoende huisarts een high five en straalde toen ze twee stickers op haar handjes geplakt kreeg. Vervolgens werd alle aandacht op opa gericht, die inmiddels wit begon weg te trekken en flauwvalneigingen vertoonde, kortom in shock leek te raken. Zo’n klein beestje en dan zo’n heftige reactie, ik was perplex en ook enorm geschrokken. Even dreigde er nog een ziekenhuis opname voor hem in te zitten, maar alles liep gelukkig af met een sisser. We moesten nog een poosje in de wachtkamer wachten op eventuele complicaties en nieuwe medicijnen. In die tussentijd amuseerde onze kleindochter zich door als een malle tegen iedereen HALLO te roepen, en neem gerust van mij aan dat je daar als tweejarige tijdens een drukke zomerse zaterdagavond op de dokterspost een behoorlijke klus aan hebt. Op de terugweg naar de auto ontdekte ze ook nog eens overal putdeksels die er absoluut om vragen dat je er een vreugdedansje op uitvoert. Ze lag pas om half negen in bed en zowaar, IK HAD HAAR DE HELE DAG NIET GETILD!

Maar ja, als mijn echtgenoot de volgende keer weer gestoken wordt, moet hij zichzelf direct injecteren en 112 bellen. We hebben dus ALTIJD BINGO

Uitgelichte afbeelding: Shutterstock
Door:  kzww
yellow wasp on a yellow flower