Dankzij tante Corona zitten we inmiddels alweer ruim een week in sociale onthouding. Dat betekent dat ik geen van de tien kleinkinderen heb mogen zien. Ik begin bijna aan ontwenningsverschijnselen te lijden, ha ha ha! Weerzinweekend, zo’n opgeruimde speelkamer… Wat ik zelf erg sneu en jammer vind, is dat ik de jongste aanwinst van bijna drie maanden in totaal vijf minuten heb mogen knuffelen. Aanvankelijk lag zij dus voor pampus in de couveuse, met meconium in haar longen. De eerste keer dat ik haar van een afstandje zag, was ze twee dagen oud en lag ze aan allemaal toeters en bellen aan de monitor om haar conditie in de gaten te houden vanwege meconium aspiratie. Ze was echt dood- en doodziek. We mochten haar absoluut niet aanraken, behalve mijn dochter. Zij aaide over haar ruggetje en zong een speciaal wiegeliedje voor haar en ze was zo’n lieve en bezorgde moeder, dat de tranen mij in de ogen sprongen.  Ik wenste haar uiteraard een gezellige en drukke en fijne kraamperiode toe en in plaats daarvan zou ze nu elke dag op en neer naar het ziekenhuis moeten racen om toch even bij haar baby te kunnen zijn. 

Lees ook: het leed dat een tangbevalling heet

Vroeger

Toen mijn oudste geboren werd, kwam die na de hoge tangverlossing (brrrr, bijna middeleeuwse manier van bevallen, maar ja, de vacuümpomp was op dat moment kapot en zij raakte in nood) ook in de couveuse terecht. Ik had haar alleen als een lijkbleek slap moerasmonster gezien dat voor mijn neus gehouden werd, ‘kijk mevrouw, uw dochter’, en daarna was zij met iedereen verdwenen en bleef ik alleen achter, met een verpleegster die op mij moest letten in het kader van nabloedingen. De couveuse afdeling bevond zich een verdieping hoger en mijn echtgenoot reed me later met bed en al via de lift naar de couveuse afdeling, zodat ik door het raam heen naar onze oudste kon kijken. Niks aanraken, nee, ‘handjes op de rug’! Pas een paar dagen later mocht ik achter gesloten deuren mijn handen door een kleine opening in haar glazen huisje steken, om alleen maar haar huidje te kunnen voelen. Het was ook niet de bedoeling dat ik dagelijks in mijn eentje naar boven strompelde om naar haar te kijken, want ze waren druk bezig met van alles en nog wat en mijn dochter was oprecht doodziek en ze hadden voor mij geen tijd. Hetzelfde ziekenhuis, heel bizar, en gelukkig nu met een totaal ander protocol. Onze kleindochter had een heuse kamer voor zich alleen, met gezellige tekeningen op de muur en slingers aan de deur en mijn dochter mocht zoveel mogelijk  wanneer ze wilde bij haar zijn.

Parfum

Toen ik mijn dochter zo lief met haar baby bezig zag en ik aan mijn eerste bevalling terugdacht, voelde ik ook weer dezelfde opluchting dat mijn oudste aan haar moeilijke start geen beschadigingen had overgehouden. En ik was oprecht blij dat de tijden veranderd zijn en ons kleinkind nu zo goed gemonitord werd. Toen ze ten slotte thuiskwam, heb ik haar even vijf minuten mogen vasthouden. Daar protesteerde mevrouw luidkeels tegen, zodat ik haar met tegenzin aan mijn dochter teruggaf en opbiechtte dat mijn parfum waarschijnlijk te zwaar was voor haar neusje. Dat was alles. 

Sinds de komst van tante Corona zijn mijn echtgenoot en ik dus in sociale quarantaine en zij groeit en groeit en groeit maar door. En verandert, niet te geloven! Ik hoop niet dat we haar pas weer kunnen gaan zien als ze haar rijbewijs gehaald heeft.  Nou ja, bij wijze van spreken dan!

Lees ook: bakken en voorlezen op afstand