Erica, zo heet de machine die mijn borst tot een stralend middelpunt maakt. Af en toe mag Juniper, de machine in een andere ruimte, ook naar mij stralen, maar het meest lig ik onder Erica. Hun namen zaten me dwars. Waarom zou je een bestralingsapparaat een meisjesnaam geven, vroeg ik me af, en hebben ze per ongeluk Juniper verkeerd geschreven en moet er eigenlijk Jupiter staan? De god uit de klassieke oudheid die zo fijn bliksemschichten op je af kan slingeren? Mijn voorkeur ging uit naar dit laatste, dat leek me nogal toepasselijk voor bij de bestraling, maar helaas, ik blijk het meest bij Erica ingedeeld. Toen ik naar de betekenis van de namen informeerde, was ik blij verrast. Het zijn beide HEIDEPLANTJES! En Erica heeft ook nog eens mijn lievelingskleur: PAARS! 

Zodra ik nu met mijn armen omhoog, mijn handen in een soort opvangbakje, mijn knieën en hoofd en heupen gefixeerd door harde kussens doodstil moet blijven liggen tot de bestraling voorbij is, ga ik uit verveling schapen tellen en verheug me erop om zo snel mogelijk weer daag tegen Erica te kunnen zeggen. Straks, als de hei in bloei staat, zal ik haar in levende lijve gaan bewonderen. Dat heb ik mezelf bij het honderd en twintigste schaap beloofd.

Elke werkdag gaan mijn echtgenoot en ik naar de bestraling. Ik heb mezelf voorgenomen daar elke dag iets speciaals van te maken, om niet het gevoel te krijgen dat je dagelijkse routine beheerst wordt door ziekte en achteruitgang. Hij begreep dat van mij. De eerste keer dat we aan de bestraling begonnen, hadden we nog geen vooropgezet plan wat we zouden gaan ondernemen. Eigenlijk overviel het intake gesprek ons ook een beetje, want we kregen weer hetzelfde verhaal te horen over het hoe en wat en wanneer en als, dus we lieten het allemaal over ons heen komen. Na afloop van de bestraling zei ik: ‘Wat heb je vandaag voor leuks bedacht?’ Hij keek me aarzelend aan. Ik zag lichte twijfel bij hem. ‘Nog niet iets specifieks, maar eh… zullen we naar de GAMMA gaan? Daar moeten we toch naartoe.’ Ik schoot in de lach en wist weer waarom ik zo intens veel van deze man houd: de vader van mijn kinderen, de opa van onze tsunami aan kleinkids. Het is zo gemakkelijk om alleen aan jezelf te denken, als het ‘stralende middelpunt’ van al dit gedoe, maar ik realiseer me heel goed dat het voor mijn naaste omgeving ook moeilijk te verhapstukken is wat er in mijn en dus ook ons leven gebeurt. 

Lees ook: voorbij