Al met 36 weken stond mijn ziekenhuistas klaar. Gepakt voor zeker een week ziekenhuis, je weet maar nooit. Ook ging ik naar de rondleiding speciaal voor zwangeren. Onzin, ik kende het ziekenhuis op mijn duimpje, vanuit mijn stages. Maar ja, ik ben gewoon graag goed voorbereid. En oké, ik verveelde me ook een beetje in die laatste weken.

Aan die rondleiding had ik maar weinig, hij werd gegeven door een verpleegkundige die vrij beknopte informatie gaf. Een paar keer kon ik het bijna niet laten om haar aan te vullen of te onderbreken. De andere zwangeren (en hun partners, ik was de enige die alleen was) waren al genoeg onder de indruk van het feit dat ze op de verlosafdeling stonden.

Uiteindelijk was mijn doel om thuis te bevallen. Maar ja, uit mijn opleiding tot verloskundige wist ik dat zeker 50% van de vrouwen met dit voornemen bij de eerste bevalling alsnog in het ziekenhuis belandt. Ik hield hier dus ernstig rekening mee!

Wel vond ik het superfijn dat ik thuis de weeen in bad of in de douche op kon vangen, en af en toe lekker in mijn eigen bed kon kruipen. Ik kon op mijn eigen wc plassen, ideaal. Ik was dan ook opgelucht toen de verloskundige de vliezen brak en het vruchtwater helder was. Nu mocht ik thuisblijven! Ze ging alle spullen voor een thuisbevalling klaarzetten.

Toen ik echter 4 uur later nog steeds 5 centimeter had, zonder ook maar enige vordering, smeekte ik of ik naar het ziekenhuis mocht. Ik trok het niet meer, en het maakte me geen zak uit of ik op een vieze wc moest, niet meer in bad mocht of met voor mijn part 30 anderen op een zaal kwam. Ik wilde dat er iets gebeurde! En ik wilde een ruggenprik, nog voordat het nacht zou zijn.

De reis naar het ziekenhuis viel me alles mee. Ik werd geholpen met aankleden, mocht even stilstaan als er een wee kwam, en mocht bij de verloskundige in de auto. Dat was eigenlijk best lekker, even naar buiten. De weeën stopten dan ook even, wat een rust! In het ziekenhuis werd ik in een rolstoel verder vervoerd, de weeën waren inmiddels weer in alle hevigheid terug.

Dat er een polonaise aan mijn bed kwam van artsen en verloskundigen, dat ik aan het CTG moest, dat ik in een felverlichte kamer lag: het maakte me allemaal geen zak meer uit, ik zat helemaal in mijn roes. Niet voor niets: na een halfuur ziekenhuis had ik ineens 8 centimeter! Ik bedankte vriendelijk voor de ruggenprik en mijn verloskundige werd gebeld. Ik overwoog zelfs nog een moment om weer naar huis te gaan, maar vooruit, ik bleef.

Twee uur na aankomst in het ziekenhuis werd onze zoon geboren. En nog twee uur later was ik weer thuis. Om 23.00 uur ’s avonds. Inmiddels weer helder moest ik er niet aan denken om op een zaal te moeten met andere kraamvrouwen. Ik wilde naar mijn eigen wc, mijn eigen bed.

De volgende twee baby’s werden dan ook thuis geboren. Inmiddels staat er een nieuw ziekenhuis met blinkende wc’s, privé douches en kraamsuites. Er komt bij mij geen baby meer, maar als ik die prachtige omgeving zie zou ik bijna overwegen om er te gaan bevallen…

Ik ben Lisette, 33 jaar en moeder van drie kinderen. Voor MeervanMir beschrijf ik een aantal zaken die mij opvielen tijdens mijn eerste zwangerschap, tien jaar geleden. Omdat ik in die tijd studeerde voor verloskundige was ik mijn eigen proefkonijn ;). Je kunt meer van mij lezen op mijn eigen blog: www.lisetteschrijft.nl