Het werd wel weer eens een keer tijd voor een moment uit mijn hectische leven. En aangezien ik ook graag zo nu en dan mopper op mijn site (grapje natuurlijk), bij deze weer een gebeurtenis dat ik tot tien moest tellen. Iets met het empathische vermogen van de gemeentemedewerker. Of beter gezegd: gebrek aan!

Eindelijk een gehandicaptenparkeert!

Vorig jaar september heb ik bij de gemeente een gehandicaptenpassagierskaart voor Noor aangevraagd. Ze loopt immers (nog) niet en om haar in en uit de auto te tillen heb je gewoon meer ruimte nodig dan normaal. Vooral omdat ze echt gewoon niet meehelpt. En omdat dit niet op korte termijn veranderen zal, kwamen we in aanmerking voor een gehandicaptenpassagierskaart. In december is deze toegekend en afgelopen week, maar liefst drie weken later, ontving ik de bevestiging van 4 januari, per post. Omdat ik dus al een maand kwijt was, heb ik gelijk de telefoon opgepakt om een afhaalafspraak te maken. De vriendelijke dame van de gemeente vertelde dat er pas aan het einde van de maand een plekje was. Toen ik niet heel enthousiast reageerde, kwam er spontaan een plekje vrij voor de volgende dag. Ik vroeg haar of ik een officiële foto voor de gehandicaptenpassagierskaart nodig had (die had ik niet en door de lockdown was deze ook niet even snel geregeld) ,maar dat hoefde gelukkig niet. Er stond bij de gemeente een fotohokje waar ik gebruik van kon maken. Het was wel niet echt geschikt voor kinderen, maar er zou mij vast wel iemand kunnen helpen dan. Haar woorden, niet de mijne.

Zo makkelijk ging dat dus niet

Een half uur voor de afspraak was ik al in het gemeentehuis, waar overigens verder niemand was dus hoezo een plekje vrij gekomen? Het fotohokje stond er gelukkig nog, dus plaatste ik Noor op het stoeltje. Te laag uiteraard. Zelfs in de hoogste stand kwam ze nog niet op het scherm. Ik heb toen maar een prop van mijn jas gemaakt, deze op de stoel gelegd en haar daar op gezet. Nog niet optimaal, maar ze was herkenbaar in beeld. Toen begon het lastigste. Hoe kan je een beperkt kindje qua aandacht erbij houden, dat ze tellenlang naar de camera kijkt? Nagenoeg onmogelijk! Maar je hebt maar drie pogingen, dus je doet je best. In overleg met de receptioniste de beste uitgezocht. We hadden allebei wel onze twijfels hoor.

Afgekeurd. En dan?

Er waren drie mensen, die met elkaar de foto bestudeerd hebben om te concluderen dat het niet geschikt genoeg was. Ook al was ze wel volledig in beeld. Ik moest maar naar een fotograaf gaan. Toen ik zei dat ik speciaal de gemeente hierover gebeld en gesproken had, hoorde ik één van de medewerkers tegen haar collega “dat lijkt me sterk” zeggen. Ik kookte over van binnen!!! Koppig als ik ben ging ik het wel gewoon opnieuw proberen. Ze stonden erbij te kijken en deden echt werkelijk niets verder. Ik heb dus de prullenbak bij het fotohokje omgekieperd en deze op zijn kop op de stoel geplaatst en Noor daar weer bovenop gezet. Ze was zo in ieder geval schermvullend. Vervolgens heb ik met mijn telefoon haar aandacht proberen vast te houden richting de camera. Dat lukte soort van. In ieder geval dusdanig dat ze schoorvoetend akkoord gingen met de pasfoto. Ik denk dat mijn woorden dat ik niet voor niets zo’n kaart kreeg voor mijn dochter ook wel enigszins geholpen hebben.

Weinig empathie

Natuurlijk was ik van binnen nog steeds geërgerd over die opmerking. Het voelde ergens alsof ik voor leugenaar uitgemaakt was. Normaal zou ik het gewoon gelaten hebben, maar dit keer wilde ik de dame er wel even op attent maken. Nadat ik de gehandicaptenpassagierskaart ontvangen had uiteraard. Dat was ook nog wel een dingetje, want ze wilde mij weer de volledige aanbetaling van €165 laten betalen in plaats van het kaartbedrag van €65. Toen ik dat corrigeerde zei ze dat ik dan maar de bevestigingsbrief had moeten meenemen. Als eerste staat daar niets over in, ten tweede zijn dit gewoon de regels van de gemeente en als laatste had ik haar al gezegd dat die in de auto lag en zo kon pakken, maar dat hoefde niet volgens haar. Enfin, de opmerking dus. Nadat ik de kaart in mijn handen had, wilde ik het gesprek aan gaan. Ik vertelde haar dat ik haar opmerking gehoord had, er van uitging dat het eruit gefloept was, ze het dus niet zo bedoeld had, maar dat het wel naar overgekomen was. Haar reactie? “Oké”. Dat was het. Niets meer dan dat.

Ik verwachtte zeker geen verontschuldiging of iets dergelijks, maar zo’n kort en weinig empatisch antwoord zag ik ook niet aankomen. Ik heb hardop “sommige mensen” gemompeld, heb mijn spullen ingepakt en ben weg gegaan. De prullenbak heb ik lekker op zijn kop achter gelaten. Mijn (soort van) zoete wraak. Gna gna gna.